Er is gewerkt aan de voorbereiding en uitvoering van projecten uit het Programma Zuid-Hollandse Infrastructuur. Dit behelst zowel beheer en onderhoud als nieuwe infrastructuur. In dit kader worden er naast zichtbare werkzaamheden ook onderzoeken uitgevoerd, vindt afstemming met omgeving plaats en worden afspraken gemaakt en overeenkomsten afgesloten. In 2017 hebben verschillende werkzaamheden plaatsgevonden aan wegen, vaarwegen en fietspaden. Een aantal daarvan is in 2017 al afgerond (zie W at hebben we bereikt? ) en een aantal loopt nog door.

Voor veel lopende en toekomstige onderhouds- en nieuwbouwprojecten zijn voorbereidende onderzoeken en werkzaamheden verricht. Voorbeelden hiervan zijn de Rijnlandroute , de N211 Wippolderlaan (uitwerking bewonersvariant en vergelijking met oorspronkelijke variant), verschillende vaarwegtrajecten (o.a. Gouwe, Schie en Woudwetering / Heimanswetering), fietsprojecten zoals (snelfiets)routes en fietsparkeren bij stations (o.a. Gouda, Dordrecht, Sassenheim, Leiden) en verschillende provinciale wegen zoals de N207, N444 en N231 (onderhoud inclusief verkeersveiligheid).
Met het Rijk en de regio’s zijn afspraken gemaakt over aanpassingen aan Rijksinfrastructuur. Voorbeelden hiervan zijn de capaciteitsuitbreiding van de A27 tussen Houten en Hooipolder (bestuursovereenkomst), de A20 Nieuwerkerk-Gouwe (Startbeslissing) en de A15 tussen Papendrecht en Sliedrecht (voorkeursvariant inclusief kostenverdeling en subsidieverlening).

De provincie heeft geïnvesteerd in slimmere en betere benutting van infrastructuur en in gedragsbeïnvloeding. Naast regulier Dynamisch Verkeersmanagement op de weg is in 2017 De Blauwe Golf Verbindend gestart. Dit is een landelijk samenwerkingsverband van provincies, gemeenten, Rijkswaterstaat en logistieke partners. Door slim gebruik te maken van beschikbare data en telecommunicatietechnieken kunnen tot op de minuut het vaarschema en de aankomsttijd van binnenvaartschepen worden voorspeld. Dat is handig voor schippers, maar ook voor automobilisten die hierdoor weten wanneer de brug open staat – bijvoorbeeld via hun navigatiesysteem of App. Op de Gouwe zijn al deze aspecten al doorgevoerd, waardoor deze vaarverbinding steeds meer als een echte corridor functioneert. 
Ook zijn in aansluiting op de Stedenbaan-afspraken alliantiegesprekken gevoerd met overheden, Nederlandse Spoorwegen, ProRail, vervoerders, ontwikkelaars, beleggers, bedrijven, maatschappelijke instellingen en gebruikers van stations over de transformatie en herontwikkeling van stations(omgeving) in brede zin. Dit is gedaan voor de stations Rotterdam-Alexander, Rijswijk en de herontwikkeling Schipholweg Leiden. Dit heeft geleid tot een ‘Alliantiepact’ voor Rotterdam-Alexander met een budget van € 10 mln voor transformatie. Voor Rijswijk en Leiden zijn afspraken nog in voorbereiding.

Om de verkeersveiligheid in Zuid-Holland te verbeteren is met educatie, communicatie, campagnes en voorlichting ingezet op gedragsverandering van verkeersdeelnemers. In het kader van de aanpak quotMaak een Punt van Nul Verkeersslachtoffersquot (en ook hier ) zijn programma's uitgevoerd voor permanente verkeerseducatie in het primaire en voortgezette onderwijs, SCHOOL op SEEF en Totally Traffic. Hiermee krijgen kinderen en jongeren van jongs af aan en aan de hand van een doorgaande leerlijn de vaardigheden en kennis om zich veilig te gedragen. Scholen dragen hun steentje bij door de lessen mogelijk te maken, deels zelf uit te voeren en, vooral in het primaire onderwijs, met de ouders te communiceren.

In 2017 zijn er met verschillende partners grote stappen gezet voor (mogelijke) toekomstige projecten. Op lokaal niveau met gemeenten en waterschappen (onderhoud en verbetering lokale wegen, fietspaden en OV-ontsluiting) en op (boven)regionaal niveau met regio's en het Rijk (Rijksprojecten en MIRT onderzoeken).
Zo is het MIRT-onderzoek Bereikbaarheid Rotterdam - Den Haag in 2017 afgerond. De onderzoeksresultaten krijgen een vervolg in het Gebiedsprogramma Duurzame Bereikbaarheid Rotterdam - Den Haag waarover in het jaarlijks Bestuurlijk Overleg van het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (BO MIRT) afspraken zijn gemaakt. Dit behelst de verbetering van regionaal OV tussen Leiden en Dordrecht in relatie tot de verstedelijkingsopgaven (langs de Oude lijn), twee pre-verkenningen naar een nieuwe oeververbinding in Rotterdam en naar een hoogwaardige OV-verbinding in Den Haag en een gezamenlijke investering in een korte termijn aanpak voor infrastructuur voor fiets, openbaar vervoer en auto en smart mobility (verkeersmanagement en gedragsbeïnvloeding). Belangrijk hierbij is een integrale benadering van verstedelijking en bereikbaarheid, slimme investeringen en gedeeld eigenaarschap in de samenwerking en uitvoering van het programma.
In het BO-MIRT zijn verder afspraken gemaakt over de N59 Energy Highway (maatregelenpakket duurzaamheid, energieopwekking, verkeersveiligheid, verkeersmanagement en gedragsbeïnvloeding inclusief bekostiging) en de corridor Rotterdam - Antwerpen (vervolgonderzoek en start robuuste maatregelen aan vaarwegcorridors voor innovaties, verduurzaming en meer vervoer over water). Daarbij starten Rijk en regio een uitwerking voor de logistieke bereikbaarheid van de Greenport Westland (vervolg Gebiedsverkenning Westland) en participeert het Rijk in uitwerkingen voor de bereikbaarheid van Zoetermeer en Voorne-Putten.

Voor een aantal toekomstige maatregelen is al budget gereserveerd zodat tijdig gestart kan worden met voorbereiding en uitvoering van projecten en waar mogelijk versnelling kan plaatsvinden. Voorbeelden hiervan zijn het Gebiedsprogramma Duurzame Bereikbaarheid Rotterdam-Den Haag (voorheen Programmatische Aanpak) inclusief Leidse regio, Drechtsteden en Gouda (o.a. voor A20 Nieuwerkerk-Gouwe, Greenport Westland en Westergouwe), de MIRT Goederencorridor Oost (A15) en de extra impuls voor verduurzaming mobiliteit (extra kansrijke en innovatie energiemaatregelen N470 en N211 en zero-emissie busvervoer). Meer informatie over de financiële reserveringen en wijzigingen is te vinden in het Kaderbesluit Infrastructuur 2017 .

In 2017 is een goede start gemaakt met het opstellen van gezamenlijke gebiedsagenda's mobiliteit per regio (voorheen Bestedingsplan Brede Doeluitkering (BDU) en nu onderdeel PZI) en is samengewerkt aan gebiedscasus waarbij verschillende belangen elkaar raken (afspraken stationsomgeving Leiden en planvorming Schie-oevers Delft). Ook is een aanzet gedaan om een aantal provinciale wegen over te dragen zoals de N209 (i.v.m. aanleg A16 Rotterdam), N223 en N220 (i.v.m. afronding Wegenproject Westland) en N472/N449 (i.v.m. afspraak aanleg geluidsschermen langs N209 Lansingerland). De besluitvorming hierover is nog niet geheel afgerond waardoor de daadwerkelijke overdracht nog niet heeft plaatsgevonden.

Tot slot is dankzij een lening van de provincie de veerdienst Krimpen aan de Lek - Kinderdijk vernieuwd en verduurzaamd, wat bijdraagt aan het behoud van de veerdienst. De middelen zijn afkomstig uit het ‘revolverend verenfonds’ waarmee de provincie investeert in de vernieuwing, renovatie en verduurzaming van veerdiensten. Hiermee draagt de provincie bij aan de instandhouding van de Zuid-Hollandse veerdiensten.

Het Rijk is systeemverantwoordelijk en daarmee verantwoordelijk voor de investeringen in het hoofdrailnet. De provincie heeft door advisering, lobby en bestuurlijke druk gezorgd voor het op de agenda zetten en houden van een aantal concrete projecten die een bijdrage leveren aan de bereikbaarheid van Zuid-Holland per openbaar vervoer. Daarbij is gebruik gemaakt van de overleggen en agendering in het BO MIRT en de landelijke OV- en Spoortafels.
Daarnaast heeft de provincie met het Rijk, de MRDH en regiopartners in verschillende beleidstrajecten gesproken over de Schaalsprong in het Metropolitaan OV. Het Metropolitaan OV levert een belangrijke bijdrage aan het ruimtelijk-economisch vestigingsklimaat, de leefbaarheid in steden, het terugdringen van congestie op de weg en een betere bereikbaarheid. Als onderdeel van het Gebiedsprogramma Bereikbaarheid Rotterdam Den Haag is voor het BO MIRT 2017 de voorbereiding getroffen voor de start van de Werkplaats Metropolitaan OV, Ruimte en Duurzaamheid. Door een gezamenlijke voorbereiding vanuit de Verstedelijkingsopgave, de opgave van Next Economy en Energietransitie is een stevige basis gelegd voor afspraken van Rijk en regio over het OV.

Bij de ontwikkeling van de beleidskaders van de aanbesteding van de concessie Zuid-Holland Noord en het contract van de Waterbus is en wordt nadrukkelijk de samenwerking met lokale partijen gezocht, zoals regio's en gemeenten.
Met gemeenten, reizigersorganisaties en vervoerders is gesproken over verschillende uitvoeringsaspecten van de R-net verbindingen en voorzieningen. Voor Leiden-Leiderdorp zijn nieuwe comfortabele haltes met digitale reizigersinformatie en overdekte fietsparkeervoorzieningen aangebracht. Met de eerste maatregelen is de doorstroming verbeterd, zodat de bus waar mogelijk voorrang krijgt en daarmee een aantrekkelijke lijn voor reizigers is gerealiseerd. Voor de R-netverbinding Alphen aan den Rijn-Schiphol zijn aan beide zijden van de N207 busstroken aangelegd, zijn bruggen vervangen en kruispunten verbeterd. Daarnaast zijn langs de route nieuwe comfortabele bushaltes aangelegd met overdekte fietsenstallingen. Ook zijn de haltes beter toegankelijk gemaakt. De reistijd tussen Alphen aan den Rijn en Schiphol is korter geworden en de frequentie is verhoogd. Voor de R-netverbinding Gouda-Schoonhoven is een nieuwe comfortabele halte Centrum/Veer gerealiseerd met een ruime fietsenstalling.

Personenvervoer over water is in ontwikkeling. De provincie heeft met de Drechtsteden, gemeente Rotterdam, Metropoolregio Rotterdam-Den Haag en het Havenbedrijf Rotterdam de koers uitgezet voor de Toekomst van het personenvervoer over water. De ontwikkelkansen in het gebied tussen Gorinchem en Maasvlakte zijn onderzocht in het Vervoerswaardeonderzoek. Daarnaast is een benchmark voor duurzaamheid voor de waterbus opgesteld. De overlegresultaten zijn bepalend voor de nieuwe provinciale aanbesteding van de unieke waterbus.

Investeringsimpulsen
In het Veer Maassluis- Rozenburg is een deel van investeringsimpuls voor het “oplossen van knelpunten OV” besteed. Verdere bestedingsopties zijn geïnventariseerd. Een bestedingsvoorstel zal in voorjaar 2018 worden voorgelegd.

Middelen van het investeringsimpuls voor “behoud en verbetering van het OV” zijn ingezet voor projecten om een aantal buslijnen langer door te laten rijden in de avonduren en om een aantal rustigere buslijnen te behouden die anders zouden zijn opgeheven. Hiermee is de leefbaarheid en bereikbaarheid van met name het landelijk gebied verbeterd. Voor de uitvoering van deze investeringsimpuls is het niet nodig geweest extra arbeidscapaciteit in te zetten.